Published by Fons Leroy, on 26/08/2008
Bedrijven klagen steeds meer dat vacatures niet ingevuld geraken, dat er een groot tekort aan werkkrachten bestaat. Nochtans tellen Vlaanderen én België heel wat jongeren die op zoek zijn naar werk. Meestal geen universitairen of andere hooggeschoolden, maar kortgeschoolde jongeren die soms nauwelijks een kwalificatie hebben behaald. De eerste, meer fortuinlijke groep van jongeren met gegeerde diploma’s, zoals informatici, ingenieurs, juristen, economisten, wetenschappers…worden vandaag al weggeplukt uit de school- en universiteitsbanken nog voor ze hun diploma behaald hebben. Bedrijfswagens, gsm’s, exclusieve zomerstages: geen middel is de bedrijven teveel om het schaarse goed van jonge hogerafgestudeerden aan zich te binden.
Kortgeschoolde jongeren, die geen diploma secundair onderwijs hebben behaald, blijven echter steken in de werkloosheid. Bijna 30.000 werkzoekenden zijn vandaag jonger dan 25 jaar. De studie schoolverlaters van de VDAB toont aan dat kortgeschoolde jongeren één jaar na inschrijving sterker vertegenwoordigd blijven in de werkzoekendencijfers dan hun hogergeschoolde leeftijdsgenoten.
Afhankelijk van het studieniveau is 20 tot 31% van de kortgeschoolde schoolverlaters na één jaar nog werkzoekend. Gemiddeld 10% van de groep kortgeschoolde jongeren heeft in die periode geen enkele werkervaring opgedaan. Dat zijn schokkende vaststellingen voor een regio als Vlaanderen, die als één van de meest welvarende regio’s in Europa wordt beschouwd. De jeugdwerkloosheid blijft dus een enorme uitdaging.
Verschillende studies geven aan dat jongeren niet allemaal dezelfde kansen krijgen. Het klinkt
cliché, maar hun sociale achtergrond bepaalt voor een groot stuk mee hun kansen op onderwijs en bijgevolg op werk. Als de ouders van de jongere niet hoger opgeleid zijn, is de kans kleiner dat de jongere verder studeert. Ook de arbeidsmarktpositie van de ouders speelt een rol bij de studiekeuze van de jongere. In gezinnen waar geen van beide ouders werkt, is minder dan 20% van de jongeren tussen 18 en 25 jaar aan het studeren. Een kleine groep jongeren heeft zelfs een uitgesproken laag zelfbeeld en negatief toekomstperspectief. Ook deze groep jongeren mogen we niet aan hun lot overlaten. Jongeren moeten immers meer dan ooit vormgeven aan de toekomst in de vergrijzende samenleving.
Het kernprobleem van de jongerenwerkloosheid stelt zich dus vooral bij kortgeschoolden. Zij verlaten de schoolbanken zonder diploma en zijn vaak schoolmoe. Daarom moeten we kortgeschoolde jongeren roeiriemen geven, zodat ze kunnen meevaren met de gunstige
economische stroom.
Deze jongeren mogen we niet loslaten. Voor hen is een “klevende aanpak” nodig totdat zij hun weg gevonden hebben op de arbeidsmarkt. Of om het in de woorden van het sociale uitzendkantoor Instant A te zeggen: een velcro-coaching. Jongeren vastpakken en dan vastplakken in een intensief coachingstraject naar werk.
Jongeren moeten het recht krijgen op een intensieve begeleiding naar werk en, indien nodig, het recht op een beroepskwalificatie. Dit laatste gebeurt bij voorkeur niet op een schoolse manier, maar via opleiding op de werkvloer: op maat van de jonge werkzoekende én op maat van de job en de werkgever. Een jonge schoolverlater kan immers nooit voldoen aan de hoge ervaringseisen die nog teveel werkgevers stellen. Met de nodige begeleiding en opleiding op de werkvloer kan de onervaren schoolverlater echter omgevormd worden tot een gekwalificeerde en gemotiveerde werknemer.
Een nieuwe lichting “schoolverlaters” komt nu op de arbeidsmarkt. De ervaring met de bestrijding van de jeudwerkloosheid in 13 Vlaamse steden en gemeenten leert dat als je de nodige tijd en aandacht besteedt aan jongeren en consequent optreedt m.b.t. het nakomen van afspraken en het ingaan op geboden kansen, een aanzienlijk deel van deze jongeren aan het werk geraakt of werkervaring kan opdoen. Dezelfde ervaring leert dat een combinatie van nieuwe communicatiemiddelen (gsm, mail,…) met persoonlijke begeleiding in functie van het profiel van elke werkzoekende de beste uitkomst biedt. Tot slot blijkt dat een brede partnerschapstrategie met betrokkenheid van het jeugd- en straathoekwerk, lokale ngo’s, uitzendkantoren, lokale besturen en de VDAB garant staat voor de grootste uitstroomeffecten.
Laat ons dus met alle partners de jonge werkzoekenden (warm) vastpakken en (stevig) vastpakken op een pad naar werk. Velcro-coaching werkt!
Your email address will not be published. Required fields are marked*