Published by Frank Vanmassenhove, on 23/04/2012
De zaak PVDD beroert de geesten. Met ingrediënten als seks, media en politiek hoeft dat niet te verwonderen. De ingrediënten maken een nuchtere analyse niet eenvoudig. Of je PVDD een DSK kan noemen laat ik in het midden maar de wijze waarop er gereageerd wordt, is wel zeer gelijkaardig. Ook nu maakt men een amalgaan van ontrouw en seksuele dwang, worden politieke complotten vermoed en zou de ganse Vlaamse pers The Sun-neigingen krijgen. En net zoals bij DSK wordt niet zelden geschermd met de stelling dat het persoonlijk leven, en zeker de seksuele aspecten ervan, niet in de media uit de doeken moet worden gedaan. DSK kon ook op kantoor niet handen niet thuishouden en de aantijgingen tegen PVDD hebben ook een professionele decor.
Seks en de werkvloer is een moeilijke combinatie. In wezen gaat het over vier mogelijkheden: gewenst of niet, met een collega of met een leidinggevende.
Ook wanneer er geen chefs bij betrokken zijn en de relatie gewenst is, kan de relatie tot bedrijfsbrede problemen leiden.. Als twee mensen op de dienst een relatie beginnen vinden de meeste collega’s dat schattig, tenzij bij overspel, want dan ontspinnen zich in de koffiehoek al heel snel verhitte morele discussies. En o wee, als de overspelige zijn collega’s vraagt om te liegen wanneer de wederhelft belt, en de collega, niet zelden een bekende van de bedrogene, verplicht wordt te kiezen tussen loyauteit en eerlijkheid Maar zelfs wanneer het twee “vrije” mensen zijn die het met elkaar aanleggen, heeft dit niet zelden negatieve gevolgen in het team. Wanneer de twee verliefden elkaar stelselmatig gelijk geven bij teamdiscussies, leidt dit tot wrevel en stekelige opmerkingen. Twee maal maakte ik mee dat het zuur opbreken van de relatie ook het opbreken van het team in twee supportersgroepen betekende.
De kans dat er herrie ontstaat wordt groter bij relaties tussen een leidinggevende en een werknemer. Ik kreeg, als jonge ambtenaar, ooit het verhaal te horen van een ondernemende jonge dame die het aanlegde met de twee keer oudere chef en er alles van verkreeg. Ten koste van haar collega’s, vonden die. Het team spatte uiteen. Er was de woede over de achterstelling en bovenop ontstond een nooit meer bijgelegde ruzie tussen zij die geen fatsoensrakkers wilden zijn en zij die vonden dat zo’n relatie niet kan. Uiteindelijke moest de hoogste baas ingrijpen. Het jonge meisje werd verplaatst.
An Goovaerts schetst in haar opinie van zaterdag 21 april treffend welke onbehaaglijke tot onhoudbare situaties en emoties er ontstaan wanneer iemand slachtoffer wordt van ongewenst seksueel getint gedrag op de werkvloer. De emoties van de aangetaste worden een roetsjbaan van schaamte, schrik, woede en eenzaamheid. De schrik voor de reactie van de hiërarchie én van de collega’s wanneer men het “hoger” gaat aanklagen zorgt ervoor dat men het niet doet, wat dan weer walging voor de eigen zogezegde lafheid met zich brengt. De vraag, die eigenlijk een kritiek is, “Waarom hebben ze indertijd geen klacht ingediend?”, kan alleen ontspruiten aan geesten zonder veel inleving. Twee groepen mensen hebben hier nog meer emotionele schade door: mannen die lastig gevallen worden, en vrouwen die toegegeven hebben..
Alles wordt nog griezeliger als je tot je afgrijzen moet vaststellen een leidinggevende je het mikpunt maakt van zijn seksuele drive.. Blijkbaar vinden sommigen nog dat dit tot de privacy van de grensoverschrijder behoort. Dan wordt DSK de French Lover genoemd en PVVD een echte Bourgondiër. Het kost niet veel moeite om het begeleidend samenzwerend lachje en het schouder- en wenkbrauwophalen erbij te denken.
Niet zelden zie ik ook dit soort reacties wanneer ik aan managers het voorbeeld van seksuele vrijpostigheid op de werkvloer voorhou als voorbeeld van de stelling dat management niet alleen efficiënt maar ook moreel moet zijn. Blijkbaar vinden veel mensen, en daaronder nogal wat mensen die gezag uitoefenen, dat je je in een werkomgeving dezelfde vrijpostigheden kan veroorloven als in je vriendenkring en dat niemand, zeker de media niet, zich daarmee moet bemoeien. Een pak managers zien niet in dat zo’n soort gedrag op machtsmisbruik neerkomt en dat een goed management zoiets niet kan tolereren. Sommigen maken juridisch perfect verdedigbare richtlijnen die moeten leiden tot fatsoenlijk gedrag op de werkvloer maar wanneer een jonge stagiaire bij het management komt aanklagen dat de mannelijke chef meent dat het betasten van haar borsten tot de eindevaluatie behoort, en ze prompt ontslagen wordt, heeft dit signaal een veel grotere impact dan honderden reglementen. Het heeft de impact van een splinterbom. Vrouwen zorgen ervoor dat ze steeds minstens met zijn tweeën bij de baas gaan. Ook bij de bazen die niet de naam hebben. Weg is de spontane verhouding tussen de coachende baas en de te coachten werknemer.
Je kan er gif op innemen: in organisaties waar niet tegen seksueel getint machtsmisbruik opgetreden wordt, heersen alle vormen van machtsmisbruik, gaande van kleine pesterijen – chefs die mensen vernederen voor de ogen van de collega’s – tot strafbare feiten. Managers kopen er persoonlijke spullen op rekening van het bedrijf, verlengen hun verblijf in het buitenland voor een zakencongres met een weekend met de familie erbij. Opvallend is dat ze in de waan zijn dat “hun mensen” dit niet zien. En dat ze niet inzien dat de normvervaging sluipenderwijs de bedrijfsnorm wordt.
Op directiecomités kan men uren discuteren over hoe de begroting sluitend kan worden, hoe de technologie moet vernieuwd worden en welk functies moeten gerekruteerd worden maar heel zelden wordt over dit soort zaken overlegd, terwijl, zeker wanneer machtsmisbruik in het geding is, dit catastrofale gevolgen kan hebben voor de organisatie. Managers lijken zich te schamen om ook over moreel management beslissingen te nemen. In organisaties waar dit wel gebeurt hangen de bedrijfswaarden niet alleen aan de muur maar zijn ze een echt kompas is voor de organisatie, worden alle beslissingen eraan getoetst en wordt streng opgetreden tegen grensoverschrijdend gedrag. Zeker, en vooral, wanneer leden van het management zich misdragen. Natuurlijk moet de beschrijving van het gewenste gedrag, en dat is niet alleen op seksueel vlak, de emanatie zijn van een grondig debat met iedereen in de organisatie, anders kom je in Big Brothersituaties terecht. Maar door de werknemers gedragen gedragsregels, waarop iedereen, en vooral het management (door bottom-up evaluaties bijvoorbeeld), op wordt afgerekend is een zegen voor iedere organisatie. Een management dat niet nadenkt over elk van de vier seks en werkvloer-situaties, die er geen concreet reactiepatroon aan vasthangt en die er niet consequent naar handelt, laat zijn mensen in de steek en onderschat de risico’s voor de organisatie. Misschien de volgende keer op de agenda van het directiecomité? Desnoods onder varia.
————————————————————————————————-
Noot van de redactie van HRMblogs.com
Zie ook Losse handjes ?
Mooie analyse van Frank Van Massenhoven. Een bedrijf kan door een juiste moreel standpunt misschien niet alle individuele machtsmisbruik voorkomen, maar het toch zeker beperken. Er wordt een krachtig signaal gegeven, niet alleen naar de potentiële (machts)misbruiker, maar ook naar mogelijke slachtoffers. Hopelijk kan dit hen helpen om met hun verhaal naar buiten te komen. Want uit alle analyses blijkt dat dit heel wat moed vergt. En dat de slachtoffers zeker niet verweten kan worden dat ze ‘te laat’ melden wat hen overkomen is.
Zelf werk ik gelukkig voor een organisatie waar de waarden niet aan de muur hangen maar écht beleefd en geleefd worden. Dit zorgt niet alleen voor een aangename werksfeer, maar draagt ook bij tot meer helderheid op het vlak van de zakelijke doelstellingen. Je weet niet alleen welke doelen je moet halen maar ook hoe je dat moet doen : mét respect voor de bedrijfswaarden.
Your email address will not be published. Required fields are marked*